Waarom extreemrechts in Vlaanderen valt voor de charmes van Poetin

Terwijl het Vlaamse extreemrechts eertijds nog ten strijde trok tegen de Rus, zijn de vijanden van weleer vandaag in een innige omhelzing verwikkeld. Knack ging op zoek naar de pro-Russische lobby in België. ‘Ik vind dat Stalin goed werk heeft geleverd.’

Jeroen Zuallaert

© Knack

‘s Lands grootste Poetinfan woont in een rijhuis in een Dendermondse buitenwijk. Wie het huis van Kris Roman binnenkomt, waant zich prompt in een souvenirwinkel op wandelafstand van het Rode Plein. Bezoekers stoten bij het binnengaan op een bar met een glazen drankenkabinet dat als in een boetiek tot aan het plafond volgestouwd is met tientallen flessen exquise wodka.

Aan de muur hangen Vlaamse en Russische vlaggen, zowel de hedendaagse als de oude tsaristische vlag die de nationalisten gebruiken tijdens betogingen. De enorme wereldkaart aan de muur toont de Krim ingekleurd als deel van Rusland. Op de schouw staat een speelgoedset van de ‘kleine groene mannetjes’, de Russische soldaten zonder insignes die in 2012 heimelijk de Krim bezetten. Aan de muur hangen spreuken die zowel de groot-Dietse gedachte als Ruslands grootheid bezingen. Maar het pièce de résistance van het interieur is ongetwijfeld de kolossale kerstboom met lichtjes in de kleuren van de Russische vlag.

Niet zonder trots leidt de gastheer ons naar zijn studeerkamer. Aan de muur achter zijn bureau hangen portretten van Vladimir Poetin, tsaar Nikolaas II en een banier van Novorossija, de naam die Russische nationalisten aan het huidige Oost-Oekraïne geven. Boven de deur hangt in treiterige drukletters: DE RUSSEN KOMEN. De twee enorme Applecomputers zijn letterlijk het epicentrum van Euro-Rus, de denktank waarvan Roman de stuwende kracht is. Euro-Rus ijvert voor een Europa ‘van Gibraltar tot Vladivostok’. Volgens zijn blog zet de vereniging zich vooral af tegen ‘de opgedrongen Amerikaanse multiculturele samenleving’ en de ‘werelddominantie door de internationale bankiers’.

Roman, een fors gebouwde vijftiger met een bril, een kaalgeschoren hoofd en een zwarte gordel jiujitsu, erkent dat hij een bijzonder rechts verleden heeft. In de jaren tachtig en begin jaren negentig militeerde hij voor het Vlaams Blok, uit onvrede met het stijgende aantal migranten in Brussel. Zijn extremistische verleden, waarbij hij openlijk sympathiseerde met het Derde Rijk, noemt Roman ‘een jeugdzonde’ waarvan hij afscheid genomen heeft. ‘Als tweejarige plaste ik nog in bed. Vandaag doe ik dat niet meer.’

Na een bezoek aan Kiev in 1998 haalt de liefde voor Rusland de bovenhand, en wisselde hij Hitler in voor Stalin. ‘Ik vind dat Stalin goed werk heeft geleverd’, aldus Roman. ‘Ik bewonder hem omdat hij de Tweede Wereldoorlog heeft gewonnen. Het stoort me dat die overwinning in het Westen niet erkend wordt.’ Algauw slaat de liefde om in een allesverterende passie. Tegenwoordig verblijft Roman ongeveer de helft van het jaar in Rusland. Via de Russische ambassade verkreeg hij uitzonderlijk een visum voor twee jaar. Twee jaar geleden liet hij zich herdopen in de Russisch-orthodoxe kerk. Hij overweegt naar eigen zeggen zelfs een naturalisatie.

Hij mag hier dan een nobele onbekende zijn, in de Russische televisiestudio’s is Kris Roman een graaggeziene gast. Hij vliegt voortdurend op en af tussen België en Moskou om er als West-Europeaan zijn ongezouten mening te geven over de brandende politieke onderwerpen. Dat doet hij voornamelijk bij lokale zenders, maar ook op breed bekeken overheidszenders als Rossija-1, Pervyj Kanal en NTV. Hoewel hij in België niet verder kwam dan een A1-diploma elektriciteit, ontvangen Russische media hem als een invloedrijk Belgisch politoloog. Binnen het format van Russische debatprogramma’s, waar praatgasten elkaar onder luid applaus met een ongeziene schreeuwerigheid in de haren vliegen, komt de wat hakkelende Kris Roman over als een beredeneerd eminent.

Het moet gezegd dat Roman er een nogal aparte lezing van de feiten op na houdt. ‘Massa-immigratie is een wapen van het kapitalisme’, bezweert hij zijn publiek in Russisch met een Dendermondse tongval. ‘Hebt u gezien hoe duizend immigranten in Keulen op nieuwjaarsnacht vrouwen hebben verkracht? Dat gebeurt in Brussel elke dag!’ De televisieshows voeren Roman op als een Europese Elckerlyc, die de gevoelens en gedachten van de gemiddelde Europeaan verwoordt. ‘De anti-Russische propaganda is vandaag nog erger dan in de Koude Oorlog’, verzekert Roman. ‘Alle Europeanen zijn bang dat Rusland hen zal aanvallen. Prins Charles heeft vorig jaar Poetin zelfs met Hitler vergeleken. Met Hítler!’ Consternatie in de studio. ‘Goeie god’, antwoordt de presentatrice met de deferentie van een omaatje wier kat net uit een hoge boom is gered. ‘Wat goed dat u naar hier bent gekomen om ons dat te vertellen.’

Ondanks een onmiskenbare zin voor dichterlijke overdrijving blijkt Roman bijzonder goed genetwerkt te hebben binnen de Russische overheidsdiensten. Op de jaarlijkse Euro-Rus-barbecue ter ere van de Russische onafhankelijkheidsdag op 11 mei troept een uitgelezen groep Russische diplomaten samen in een tuin vol witte plastic tuinmeubels, die om beurten in het Frans, Russisch en Engels speeches afsteken. Een andere opmerkelijke gast is Daniël Maes, de norbertijner pater van het Syrische Mar Yakub-klooster die het in interviews expliciet opneemt voor Vladimir Poetin en Bashar al-Assad.

Euro-Rus onderneemt ook actie om het conflict in Oost-Oekraïne voor een ander voetlicht te plaatsen. Zo reisde Roman meermaals af naar de volksrepublieken die zich sinds de Maidanrevolutie de facto van Oekraïne hebben afgescheiden. Hij interviewde er onder anderen Igor Girkin, de voormalige defensieminister van de Volksrepubliek Donetsk die ervan beschuldigd wordt verantwoordelijk te zijn voor de aanslag op vlucht MH17 waarbij 298 mensen omkwamen. Op 30 september 2016 opende Roman een fototentoonstelling in het Centre Culturel et Scientifique de Russie in Sint-Joost-ten-Node, waar hij met gruwelijke foto’s en kindertekeningen uit het Oekraïense oorlogsgebied de gemoederen beroerde. De tentoonstelling kreeg uitgebreide aandacht in de journaals van Rossija-1, de op een na populairste zender van Rusland. ‘Deze tentoonstelling biedt een blik op een verschrikkelijke realiteit waarover men hier liever zwijgt’, concludeerde verslaggeefster Anastasia Popova.

Een Rus in de keuken

De appreciatie van extreemrechts voor Rusland is een breed waarneembaar Europees fenomeen. De Oostenrijkse FPÖ en de Italiaanse Lega Nord hebben een samenwerkingsverband met Verenigd Rusland, de partij van president Poetin. Frauke Petry, tot voor kort de voorzitster van Alternative für Deutschland, werd in februari nog ontvangen in Moskou, en ook Geert Wilders zal volgend jaar na lang talmen Rusland aandoen. Het Front National van Marine Le Pen kreeg in de aanloop naar de verkiezingen een Russische lening. ‘In essentie hebben die partijen dezelfde politiek als het regime van Poetin’, zegt onderzoeker Anton Shekhovtsov, die aan het Weense Institute for Human Sciences de banden onderzoekt tussen Rusland en extreemrechts. ‘Net als Poetin zijn het antiglobalisten met een aversie voor de liberale democratie. Ze zien Rusland als een tegenwicht voor het Amerikaanse beschavingsmodel.’ In zijn laatste boek Russia and the Western Far Right spreekt Shekhovtsov van een tango noir.

Een opmerkelijke rol in die sinistere paringsdans is weggelegd voor Jean Thiriart, een Brussels ideoloog en veroordeeld collaborateur die vanaf de jaren zestig het eurazianisme weer op de kaart zette. Ondanks zijn fascistische sympathieën vatte Thiriart gaandeweg het plan op om Europa een geopolitieke alliantie te laten aangaan met de Sovjet-Unie. Hij zou in de jaren tachtig een belangrijke inspiratiebron worden voor Aleksandr Doegin, de nationalistische ideoloog die het eurazianisme na de val van de Sovjet-Unie herintroduceerde in het Russische politieke spectrum. Ook Filip Dewinter noemt zichzelf een grote fan van Thiriarts werk en bekent zich tot het eurazianisme. ‘Ik ben altijd voorstander geweest van een Europa van Vladivostok tot de Noordzee. Europa moet zich afwenden van Washington en de blik naar Moskou richten. Men probeert nog wel het vijandbeeld van Poetin in leven te houden, maar het is duidelijk dat Rusland onze bondgenoot hoort te zijn.’

Ook over de taalgrens richten extreemrechtse partijen de blik expliciet naar Moskou. De Franstalige Parti Populaire van de Brusselse advocaat Mischaël Modrikamen noemt zich complexloos pro-Russich en ijvert nadrukkelijk voor het wegnemen van de financiële en economische sancties. Maar binnen het Vlaams Belang is de zwenk naar het Oosten al lange tijd aan de gang. De partij die in haar beginjaren vergoelijkend en met weemoed vertelde over hoe het Vlaamse legioen in Wereldoorlog II manhaftig naar het Oosten trok om ‘De Rus’ te gaan bevechten, ziet de Russische president Vladimir Poetin vandaag als de beschermheer van christelijke tradities.

Terwijl Filip Dewinter in de jaren tachtig nog ging betogen voor de ambassade van de Sovjet-Unie onder de slogan ‘liever een raket in de tuin dan een Rus in de keuken’, roemt hij vandaag Poetins ‘gespierde leiderschap’. ‘Vladimir Poetin is voor mij een politiek voorbeeld’, aldus Dewinter. ‘Hij laat zich gelden en zegt waar het op staat. In Rusland denkt men nog op een gezonde etnisch-culturele manier. Het IJzeren Gordijn had als duidelijk voordeel dat het een fysieke barrière was tegen alle progressieve nieuwlichterij en tegen de multicultuur.’ Om zijn engagement kracht bij te zetten, wil Dewinter begin januari een motie in de Kamer indienen om de Europese financiële en economische sancties tegen Rusland op te heffen. ‘Niemand weet nog waarom we die sancties ooit genomen hebben. Laten we gewoon ophouden met die onzin.’

Gagaoezië

Drijvende kracht achter de koerswending is ex-Vlaams Parlementslid Frank Creyelman, een voormalig VMO’er die vandaag de Mechelse afdeling van de partij leidt. In 2006 was Creyelman de eerste Vlaams Belanger om als verkiezingsmonitor naar de oude Sovjet-Unie te trekken. Op 19 maart observeert hij hoe Aleksandr Loekasjenko voor de derde keer op rij verkozen wordt tot president van Wit-Rusland. Voor de toenmalige senator gaat een wereld open. ‘Ik heb in Rusland een manier van denken ontdekt die de links-liberale elite in Europa allang heeft afgeschaft’, zegt Creyelman. ‘Er bestaat geen alles versmachtende politieke correctheid in Rusland.’

Hoewel de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) bij de Wit-Russische verkiezingen grootschalige verkiezingsfraude vaststelt, verdedigt Creyelman de stembusgang. ‘Het was misschien niet allemaal tiptop, maar dat mag je ook niet verwachten in die regio.’ Creyelman erkent dat Loekasjenko – ‘de laatste dictator van Europa’ volgens voormalig Duits buitenlandminister Guido Westerwelle – geen voorbeeldig democraat is, maar verdedigt zijn legitimiteit. ‘Ach, wat is een democraat? De Wit-Russen hebben de vrije keuze, maar Loekasjenko is de enige kandidaat die op televisie komt. Maar goed, dat maken we met het Vlaams Belang in België ook mee.’

Na zijn escapades in Minsk wordt Creyelman een vaste klant op observatiemissies. Bij de Russische parlementsverkiezingen van 2011 trekt hij met Johan Deckmyn naar Moskou, VB-parlementslid Tanguy Veys vliegt zelfs helemaal naar Novosibirsk. Een andere monitormissie brengt hem in het illustere Gagaoezië, een Turkstalige regio in Moldavië die zich in februari 2014 uitspreekt voor nauwere banden met Rusland. Maar de meest in het oog springende observatiemissie is ongetwijfeld die op de Krim, waarbij hij samen met collega-parlementsleden Christian Verougstraete en Jan Penris de stembusgang bij het omstreden onafhankelijkheidsreferendum gadeslaat. Of ook niet, want volgens verschillende ooggetuigen is Creyelman op de ochtend van het referendum reeds in kennelijke toestand. Creyelman betwist die lezing van de feiten, al geeft hij toe dat de in alcohol gedrenkte Russische traditie hem soms voor uitdagingen stelt. ‘In Rusland drinken zelfs moslims wodka.’

Bij het Vlaams Belang benadrukt men in de meest krachtige termen dat de parlementsleden er niet namens hun partij waren. Voorzitter Gerolf Annemans berispt de parlementsleden vanwege hun demarche. Een sanctie blijft evenwel uit. ‘Ondertussen zit Gerolf in een Europese fractie met Marine Le Pen, die de legitimiteit van het Krimreferendum erkent’, merkt Creyelman op. ‘Ik stel vast dat hij zich aan het pro-Russische verhaal heeft moeten aanpassen.’

Het feit dat het trio geen echte sanctie ontvangt, is een teken aan de wand: het pro-Russische kamp binnen Vlaams Belang groeit. Wanneer Creyelman in 2015 een parlementaire delegatie begeleidt in Moskou, maken ook Filip Dewinter, Anke Van dermeersch, Johan Deckmyn, Eric Tack, Jan Penris en Christian Verougstraete deel uit van de delegatie. Filip Dewinter poseert er niet zonder enthousiasme met vicepremier Dmitri Rogozin en toenmalig parlementsvoorzitter Sergei Narysjkin. Eind 2016 brengt Creyelman samen met Dewinter en Van dermeersch nog een bezoek aan de Griekse neonazipartij Gouden Dageraad. In februari 2017 fikst Creyelman via zijn Russische contacten een ontmoeting met de Syrische dictator Bashar al-Assad.

Poetinfan Kris Roman liet zich herdopen tot de Russisch-orthodoxe kerk en overweegt zelfs een naturalisatie. © Carmen De Vos

Voor partijvoorzitter Tom Van Grieken is die evolutie een uitdaging. Onder de partijleden zijn de anti-Russische gevoelens nog steeds groter, en gaat de sympathie in het Oekraïense conflict vooral uit naar Kiev. Van Grieken benadrukt dat zijn partij niet definitief kant hoeft te kiezen. ‘Wat mij betreft hangen de bordjes in evenwicht. Wij denken in het belang van de Vlaamse natie, en we kiezen voor Moskou wanneer ons dat uitkomt.’ Van Grieken sluit evenwel niet uit dat het Vlaams Belang bij de verkiezingen van 2019 de anti-NAVO-kaart trekt. ‘Ik vraag me af waarom België nog deel moet uitmaken van de NAVO. We zijn voldoende ingebed in Europa, en ik heb niet het idee dat we van pakweg Frankrijk of Duitsland een aanval kunnen verwachten. Waarom hebben we dan de NAVO nodig? Waarom zouden we ons in godvergeten gebieden als Afghanistan wagen?’

Klussen voor Poetin

Voor Rusland dienen de partijen als vehikels waarlangs het de tegenstellingen binnen samenlevingen kan oppoken. Daarnaast worden Ruslandvriendelijke politici massaal ingezet in door het Kremlin gefinancierde media als Russia Today of Sputnik. Zo laat RT graag politici als Tom Van Grieken of PP-parlementslid Aldo Carcaci aan het woord over de Europese actualiteit. Een andere opmerkelijke terugkerende gast is voormalig Agalev-senator Lode Vanoost, die steevast wordt aangekondigd als ‘voormalig viceparlementsvoorzitter’ en een vrij podium krijgt om te jeremiëren tegen de NAVO en de Europese Unie. Frank Creyelman vindt die wat aparte keuze van sprekers ‘logisch’. ‘Waarom zouden Russische media een podium moeten geven aan mensen die anti-Russisch zijn? De Russen hebben amper vrienden in de wereld, en dus opteren hun media massaal voor iedereen die zich uitspreekt tegen de sancties. Dat ik pro-Russisch ben, wil overigens niet zeggen dat ik een marionet ben. Ik ben nooit gedwongen geweest om iets te zeggen wat ik niet wilde.’

Daarnaast worden de partijen ingeschakeld voor electorale klusjes. Een sleutelpositie daarbij is weggelegd voor het Eurasian Observatory for Democracy & Elections (EODE), een ngo die vanuit België bestuurd wordt. De dagelijkse leiding is in handen van Luc Michel, de voormalige rechterhand van Jean Thiriart die zich vandaag als antifascist in de markt zet. Met EODE heeft Michel zich de voorbije jaren bekwaamd in wat hij zelf ‘parallelle diplomatie’ noemt. Zo organiseerde de ngo het voorbije decennium in zowat alle voormalige lidstaten van de voormalige Sovjet-Unie verkiezingsmissies. Bij die missies troept de fine fleur van Europees extreemrechts samen, al zijn er nu en dan ook extreemlinkse verstekelingen van partijen als Syriza of Die Linke aanwezig.

Het dient gezegd dat een ontmoeting met Luc Michel een bevreemdende ervaring is. Aan de overkant van de tafel zit een kleine, gedrongen man met een donkere bril, geheel in het zwart gekleed (‘ik ben geen neonazi, ik draag gewoon graag zwart’) en met een kaalgeschoren hoofd (‘ik ben geen skinhead, ik draag het liever kort’). Hij staat erop het interview zelf op te nemen, met een videorecorder waarvan hij de camera afzet. Met een zwaar Carolo-accent steekt hij donderend en vol zelfvertrouwen van wal. ‘Ik was al pro-Russisch toen de Sovjet-Unie nog bestond. Zonder Rusland heeft Amerika de wereld voor zich alleen.’

Vandaag noemt Michel zich niet zonder trots ‘de meest vooraanstaande pro-Russische lobbyist van België’. Zelf beschouwt hij zich als een nationaalcommunist: een nationalist die de economie in handen van de overheid wil. Ideologisch identificeert hij zich naar eigen zeggen met politieke voorbeelden zoals Slobodan Milosevic, Muammar Kaddhafi en zelfs Jozef Stalin. ‘Als ik in de tijd van Stalin had geleefd, was ik ongetwijfeld een stalinist geweest.’ Ook voor Michel is Poetin een voorbeeldig leider die navolging verdient. Rusland is de ware opvolger van de Sovjet-Unie, vindt Michel. ‘Ik bewonder Poetin omdat hij een synthese van het communisme en het tsarisme heeft gemaakt.’

Na een halfuur onderbreekt Luc Michel ons gesprek. ‘Ik zit over vijf minuten in een debat over Catalonië op de Iraanse overheidszender Press TV’, zegt hij, terwijl hij haastig zijn telefoon zoekt. Terwijl om ons heen de obers heen en weer benen, trekt Michel aan de telefoon van leer tegen de ‘pseudodemocratie’ Spanje en de ‘franquistische’ methode waarop Madrid met het Catalaanse referendum omgaat. ‘U vergeet dat Spanje een kolonie van de Verenigde Staten is’, buldert hij met aplomb in zijn telefoon. ‘België, Frankrijk en Spanje nemen als lid van de NAVO deel aan het Europese neokolonialisme in Afrika. Ik zie het als mijn persoonlijke opdracht om de NAVO te verzwakken door de interne tegenstellingen in landen als Spanje aan te wakkeren.’

Bij de meer dan honderd observatiemissies die hij organiseerde, tekende Michel slechts een keer voorbehoud aan. ‘Bij de presidentsverkiezingen in Transnistrië van 2011 heb ik de raad gegeven om de uitslag ongeldig te laten verklaren. Maar voor de rest heb ik nooit inbreuken vastgesteld die het eindresultaat van de stemming beïnvloedden.’ Volgens Michel kan België nog een en ander leren van de electorale transparantie in landen als Rusland of Armenië. ‘In België zijn alle verkiezingen getrukeerd. Het ministerie van Binnenlandse Zaken controleert alles, en dat zit volledig in de binnenzak van de Parti Socialiste. Er is in Rusland duidelijk meer democratie dan in het Westen.’

Tijdelijke alliantie

Zowel Roman, Creyelman als Michel benadrukken dat ze voor hun inspanningen en engagement ‘niet één roebel’ ontvangen. Zowel Euro-Rus als EODE draait volgens de initiatiefnemers op giften. Michel: ‘We worden doorgaans uitgenodigd door het plaatselijk parlement. We vragen enkel om onze vervoerskosten en overnachtingen te vergoeden.’ Christian Verougstraete, die op uitnodiging van EODE het Krimreferendum opvolgde, spreekt dat tegen: ‘Het was duidelijk dat EODE gefinancierd werd door de Russische overheid.’

Sinds de Oekraïense Oranjerevolutie van 2004, waarbij de pro-Russische kandidaat Viktor Janoekovitsj door een westersgezind blok verslagen werd, leeft in de Moskouse machtscenakels het idee dat de protesten door de CIA werden georganiseerd. Om zich tegen die gepercipieerde ‘Amerikaanse aanval’ te verdedigen, houdt Moskou de kiesverrichtingen in veel buurlanden graag onder controle, soms met grootschalige verkiezingsfraude. Door zelf voor monitoringmissies te zorgen, probeert Rusland de verkiezingen een laagje legitimiteit te geven. ‘Het Russische regime beseft dat de OVSE de verkiezingen zal afkeuren’, zegt Shekhovtsov. ‘Door observatiemissies te vullen met waarnemers die Rusland steunen, zorgt het regime voor een alternatief verhaal. Vergeet niet dat de Russische bevolking zichzelf als Europees beschouwt. Daarom heeft het Russische regime Europeanen nodig om te zeggen dat de verkiezingen correct verlopen zijn. Het zou gewoon niet werken met niet-Europese waarnemers.’

Shekhovtsov vermoedt dat de alliantie tussen Poetin en extreemrechts een noodgreep is waarbij het Kremlin zich niet helemaal op zijn gemak voelt. ‘Door de repressie na de protesten van 2011 en de annexatie van de Krim heeft het regime zichzelf buitenspel gezet’, aldus Shekhovtsov. ‘Het Russische regime zou veel liever bondgenoten hebben onder mainstream politici. Moskou wil zo snel mogelijk de relaties normaliseren, maar lijkt niet bereid daarvoor concessies te doen. Dat maakt het voorlopig onverteerbaar voor centrumpartijen. Het Kremlin koestert op lange termijn de droom om ooit een pro-Russisch leider verkozen te krijgen, maar vandaag zou het al uiterst tevreden zijn met een normalisering van de relaties.’

Dat laatste lijkt er stilaan aan te komen. Zo groeit het draagvlak om Rusland zijn stemrecht in de Raad van Europa terug te geven, dat het na de annexatie van de Krim heeft verloren. Ook premier Charles Michel herhaalde al meermaals dat Europa met Rusland moet blijven praten. Eind januari trekt hij naar Moskou voor een ontmoeting met zowel president Poetin als premier Dmitri Medvedev. Een vriendschapsverklaring zit er dan wel niet in, het duidt wel op een groeiende neiging om de diplomatieke relaties met Rusland te normaliseren, ondanks de sancties. En terwijl de uitgesproken fans van Rusland zich vandaag vrijwel uitsluitend in extreemrechtse kringen ophouden, groeit ook in mainstream partijen de interesse voor het Oosten. ‘Ik krijg geregeld uiterst geïnteresseerde vragen van N-VA-parlementsleden over hoe het er in Rusland aan toe gaat’, stipt Filip Dewinter fijntjes aan. ‘Ik sta hen uiteraard graag te woord.’

First published in Knack

Leave a Reply